"Belangrijk om écht de slag naar preventie te maken"

Vanaf maandag 14 april gaat in Trading Places een volgende functiewissel van start. Want dan wisselen Mariëtte Heemskerk, bestuurder van De Goede Woning, en Bertine Spijkers, bestuurder van inZet, tien dagen van plek.

Woningcorporatie De Goede Woning is actief in Zoetermeer en Pijnacker en verhuurt woningen aan mensen die daar zelf niet in kunnen voorzien. inZet biedt maatschappelijke ondersteuning en welzijn in Zoetermeer en is er voor iedereen met een hulpvraag. En voor iedereen die iets wil doen of wil betekenen voor een ander.

We blikken met Mariëtte en Bertine vooruit op hun wissel.

Laten we beginnen met de samenwerking tussen jullie organisaties. Wat is de gezamenlijke opgave van De Goede Woning en inZet?

Mariëtte: “Ik denk dat die met name op het gebied van leefbaarheid ligt. Leefbaarheid op individueel niveau, maar ook op grotere schaal. En ook hoe je mensen bij de samenleving betrekt. Bij overlastklachten blijkt soms dat mensen elkaar helemaal niet hebben gesproken. Terwijl als je elkaar een beetje kent, je toch wat sneller samen eruit komt als je last hebt van elkaar. Door te investeren in het contact wordt het voor mensen leuker wonen. Daaraan leveren zowel De Goede Woning als inZet graag een bijdrage.”

Bertine: “En tegelijkertijd speelt dat je als bewoner, als burger, toch in toenemende mate wordt gevraagd om zoveel mogelijk voor jezelf te zorgen. Dat je niet meer voor alles de overheid kunt aankijken of naar organisaties zoals de onze. En wij van onze kant dus ook veel meer met preventie bezig willen zijn in plaats van het plakken van ingewikkelde, tijdrovende en dure pleisters aan de achterkant, als mensen eigenlijk al zwaar in de problemen zitten.”

Mariëtte Heemskerk, De Goede Woning:

“Het is natuurlijk super frustrerend als je als huurder vijf professionals uit verschillende organisaties om je heen hebt, die los van elkaar werken.”

Mariëtte: “In het maatschappelijk domein zie ik partijen langs elkaar werken. En ook tussen De Goede Woning en inZet kan dat natuurlijk beter. Wij nemen bijvoorbeeld contact op met een huurder over een betalingsachterstand, maar het kan best zijn dat een medewerker van inZet, of andere organisaties, ook al bij die huurder betrokken is. Het is natuurlijk super frustrerend als je als huurder vijf professionals uit verschillende organisaties om je heen hebt, die los van elkaar werken. Laten we dat veel meer proberen te bundelen. Ik ben ervan overtuigd dat deze wissel De Goede Woning en inZet daarin gaat helpen.”

Hoe ziet de samenwerking tussen jullie organisaties er uit?

Mariëtte: “De samenwerking tussen onze organisaties staat eigenlijk nog een beetje in de kinderschoenen. Deels ook omdat inZet nog maar relatief kort als organisatie bestaat. We beginnen elkaar nu een beetje te leren kennen, de eerste contacten zijn er. Maar er kan tussen onze organisaties nog veel opgebouwd en uitgebouwd worden”.

Bertine: “Ja, er is nog relatief weinig contact tussen onze organisaties. Mensen weten elkaar nog niet echt goed te vinden. En als onze mensen al contact met elkaar hebben, dan in de meeste gevallen pas bij problemen, als dingen al geëscaleerd zijn.”

Hoe wordt er vanuit De Goede Woning naar inZet gekeken en andersom? En wat zien jullie als belangrijke verschillen tussen jullie organisaties?

Bertine: “In de voorbereiding op de wissel hebben Mariëtte en ik onze mensen gevraagd hoe zij de andere organisatie ervaren. Heel kort samengevat komt daaruit dat De Goede Woning als wat zakelijker en wat minder flexibel wordt ervaren en inZet als cliëntgericht en wat minder gestructureerd. Ik denk dat De Goede Woning veel meer aan wet- en regelgeving vastzit dan mijn mensen zich soms realiseren. Dus we moeten elkaar echt beter leren kennen. Snappen waarom dingen bij de ander soms niet kunnen of mogen.”

Mariëtte: “Wij hebben als De Goede Woning vaak niet slechts met één huurder te maken, maar ook met de huurders daarboven, daarnaast of daaronder. inZet heeft vaak alleen met een specifieke client te maken en niet of minder met de omgeving. Dat is echt een verschil, denk ik, en dat maakt ook dat je op een andere manier naar een bepaald vraagstuk of opgave kijkt.

Op 14 april gaat jullie functiewissel van start. Waar verheugen jullie je het meest op?

Mariëtte: “Wat ik ontzettend leuk vind, is dat ik de organisatie van inZet compleet blanco in kan gaan. Dat ik heel vrij vragen kan stellen. En dat ik me ook kan laten verrassen door de antwoorden van mensen, die soms in een heel andere hoek zullen liggen dan ik zelf bedacht zou hebben. En dat verbreedt weer heel erg mijn perspectief, van ‘Oh ja, zo kan het ook’. Dat vind ik het leukste.”

Bertine: “Ik wil de professionals van De Goede Woning gewoon graag leren kennen. Hoe zit een woningcorporatie nou precies in elkaar? En dan komen die haakjes voor het aanscherpen van onze gezamenlijke doelen en het versterken van onze samenwerking vanzelf wel. Ik ben nieuwsgierig naar hun bedrijfsvoering, hoe ze de dingen hebben geregeld. Het is echt een heel andere sector, met ook veel meer de blik op de lange termijn.

Is er iets wat jullie spannend vinden? Dingen waar jullie misschien tegenop zien?

Mariëtte: “Nou, niet zozeer voor mijzelf, straks bij inZet. Wél is natuurlijk een beetje spannend wat Bertine in mijn organisatie gaat zien, wat ze daarvan gaat vinden. Maar goed, echte zorgen daarover heb ik niet. Je doet in het leven je best en dat geldt ook voor mijn rol hier bij De Goede Woning. Ik hoor graag dingen die mogelijk beter kunnen. En ik heb er vertrouwen in dat Bertine dat ook op een goede manier doet. Dus aan de ene kant zit er misschien wat spanning op, omdat je je eigen plek beschikbaar stelt aan iemand anders. En aan de andere kant ben ik er ook niet bang voor.”

Bertine Spijkers, inZet:

“Als Mariëtte straks met verbeterpunten voor inZet komt, dan ben ik daar alleen maar blij mee, want daarvan kunnen we leren.”

Bertine: “Ik herken wat Mariëtte zegt. Ik leef en doe mijn werk vanuit vertrouwen en niet vanuit angst. Dus als Mariëtte straks met verbeterpunten voor inZet komt, dan ben ik daar alleen maar blij mee, want daarvan kunnen we leren. Andersom zie ik geen echt spannende dingen. Ja, als je overstapt in zo’n andere wereld, dan ben je nog niet gelijk bekend met het jargon daar. Dus ik hoop maar dat ik niet honderd keer per dag hoef te vragen, wat een bepaalde afkorting ook alweer was of wat ze met iets bedoelen. Eerlijk gezegd kijk ik niet zo uit naar de vlogs die ik straks moet maken, omdat het niet mijn ding is. Maar ik snap natuurlijk dat het een functie heeft, dus ik ga dat gewoon doen.”

Hoe zijn de reacties in jullie organisaties op jullie aanstaande wissel?

Bertine: “Veel mensen spreken mij erover aan en zijn heel positief. Ze geven aan dat het waardevol is wat ik ga doen. En zijn ook nieuwsgierig naar Mariëtte.” Mariëtte: “Op ons intranet is de aankondiging van de wissel heel veel gelezen. Mijn managementteam vindt het erg leuk en heeft er zin in. “

Wat wensen jullie elkaar vanaf 14 april toe?

Mariëtte: “Ik wens jou, Bertine, vooral veel plezier toe. Dat je binnen De Goede Woning rondloopt en kijkt hoe de dingen hier gaan. Dat je je laat verwonderen, laat verbazen en nieuwsgierig onderzoekt hoe deze organisatie werkt. Om daar op wat voor manier dan ook iets uit mee te kunnen nemen.” Bertine: “Ik wens jou vooral toe dat je heel erg gaat genieten. Dat je een hoop gaat halen en leren. En dat we samen ook echt de haakjes gaan vinden om de slag naar preventie te gaan maken. Zodat we daarmee nog beter bijdragen aan de kwaliteit van leven voor de inwoners van Zoetermeer. Dat is des te harder nodig, gezien het zogeheten ‘ravijnjaar’ dat volgend jaar op ons afkomt. Vanaf dan krijgen gemeenten veel minder geld van de Rijksoverheid om hun taken uit te voeren. Als gemeenten, zorg- en welzijnspartijen, woningcorporaties en andere partijen zullen we samen echt alles op alles moeten zetten om beter, effectiever en preventiever samen te werken.”